Wettelijk kader

Het kabinet heeft de ambitie om de standaardisatie van elektronische gegevensuitwisseling in de zorg te versnellen. Steun hiervoor komt uit het zorgveld, dat wil dat de overheid meer regie pakt bij de invulling van de randvoorwaarden.

Eén van de randvoorwaarden bij de standaardisatie van elektronische gegevensuitwisseling, is het regelen van generieke functies zoals de toestemming van de cliënt/patiënt, adressering, lokalisatie en identificatie en authenticatie. Deze functionaliteiten zijn nodig voor alle elektronische gegevensuitwisselingen, vandaar de naam generieke functies.

Om een nieuw stelsel te introduceren dat geschikt is voor grootschalige en brede toepassing in de zorg, is een wijziging nodig van de Wet aanvullende bepalingen verwerking persoonsgegevens in de zorg (Wabvpz), de Jeugdwet en onderliggende regelgeving. De beoogde wijzigingen zijn verwoord in het wetsvoorstel digitale identificatie en authenticatie in de zorg (DIAZ). 
Bekijk het wetsvoorstel (onder: relevante documenten) en de reactie die tijdens de internetconsultatie zijn ontvangen.

Om uniforme, veilige en betrouwbare digitale toegang tot (medische) gegevens te realiseren, voorziet het wetsvoorstel in een grondslag om bij AMvB verschillende inlogmiddelen goed te keuren, waardoor zorgmedewerkers de keuze hebben uit inlogmiddelen die gebruikt kunnen worden. Het wetsvoorstel legt de focus op:

  • veilige identificatie en authenticatie voor zorgmedewerkers met behulp van identificatiemiddelen die voldoen aan betrouwbaarheidsniveau hoog;
  • een door de overheid beheerd register voor het verstrekken van identificerende kenmerken van zorgmedewerkers, het Dezi-register.

Interessant: lees het artikel over de internetconsultatie van de wet DIAZ.